De Trollhytta is een typisch hedendaagse Noorse chalet en biedt plaats aan 6 tot 10 personen. Het is een goed geisoleerde houten chalet in een al even typisch Noors huttenveld, een rustig gelegen plaats waar alleen vakantiewoningen te vinden zijn.
Op het gelijkvloers zijn er drie slaapkamers en op de loft is er extra slaapruimte. Op de benedenverdieping bevinden zich, naast de slaapkamers, een ruime living met keukenhoek, een badkamer, een sauna, een toilet, een berging en en inkomhal met trap naar de loft.
De inkomhal en de badkamer worden verwarmd via vloerverwarming en in de living staat er een houtkachel. Er is stromend water en de chalet is aangesloten op het elektriciteitsnet. De chalet is opgetrokken in hout en bereikbaar met de wagen. Voor de auto is er een parkeerplaats aan de chalet.
Aansluitend op de living is er een groot overdekt terras met een prachtig uitzicht op de omgeving met het Spjotvatn-meer.
De volledige historiek van het bouwproces van de trollhytta:
Rond de anneks (die in 2013 getimmerd werd) is een groter aangelegd Er is nu meer plaats om om vlot brandhout aan te voeren, maar vooral ook om lekker te relaxen in tuinstoelen. De werken zijn uitgevoerd door de eigenaars zelf. Aan de rand van het terras werd ook een nieuwe winterberging voor de kano getimmerd.
Na een winterpauze van enkele weken is men gestart aan de laatste bouwfases, te beginnen met timmerwerk aan de buitenmuren. Zoals je kan zien op de foto's krijgt de trollhytta stilaan zijn definitieve vormen.
Het buitenschrijnwerk is praktisch volledig in elkaar getimmerd, maar het geheel moet nog een afgewerkt worden met een likje verf. Bijna alle buitenramen en buitendeuren zijn geplaatst en de vloerplanken van het terras zijn eveneens gemonteerd.
De volgende fase in het bouwen, was het onder dak brengen van de chalet en het aanbrengen van een eerste beschermwand aan de buitenzijde. De chalet staat nu klaar om tijdens de komende wintermaanden afgewerkt te worden langs buiten en binnenin.
Ook in de herfst kan men, zoals je op de fotos ziet, in Noorwegen mooie zonnige dagen hebben met een prachtige blauwe lucht.
Tijdens de Paasdagen van 2004 brachten we een bezoek aan Felle om de bouwwerkzaamheden op te volgen en verdere bouwafspraken te maken.
De werken omvatten het aanleggen van de landwegeltjes tussen de percelen en het leggen van de nutsvoorzieningen zoals de watertoevoer en afvoer en de elektriciteitsdistirbutie. Voorts worden de plaatsen waar de chalets moeten komen, vrijgemaakt en genivelleerd.
In Noorwegen is het volop winter en liggen bijgevolg de bouwwerkzaamheden stil. Wij hebben echter al een leuk naambord in hout geknutseld voor onze "hytte" ("HYTTE" is het Noors woord voor hut, maar het lidwoord voor "hytte" is en "a" dat als uitgang achteraan het zelfstandig naamwoord komt te staan, vandaar "hytta" op het naambord;).
De voorbije weken zijn we op zoek gegaan naar een leuke naam voor onze Noorse hut. Vele suggesties passeerden de revue, maar uiteindelijk kozen we na raadpleging van Knut Martin, onze Noorse bouwheer, voor:
Waarom deze naam:
Een "troll" is een figuurtje dat door een heleboel mensen spontaan met het onbekende Noorwegen geassocieerd wordt. De "troll"-figuurtjes zijn Noorwegens souvenir nummer 1. Een "troll" doet je denken aan boze geesten, stuntelige wezens, sprookjes, donkere bossen. Bovenal vinden wij dit een leuke, speelse naam voor een hut midden in de Noorse natuur.
(Deze natuur is de leefwereld van de trollen, lees maar verder ...)
Kortom, de "trollen" zijn vrij gekende figuurtjes waarover er vele legenden bestaan. Maar hieronder kan je hun "echte" geschiedenis lezen.
Het echte verhaal over Trollen
De fjorden, bergen en ongerepte bossen in Noorwegen zijn volgens de noorse traditie de woongebieden van de TROLL. Ze komen alleen 's nachts uit hun schuilplaatsen tevoorschijn en verdwijnen weer vóór de zon opkomt. Een TROLL kan namelijk niet tegen het daglicht en mochten ze niet op tijd terug zijn in hun schuilplaats dan veranderen ze in stenen.
Ze lijken veel op mensen maar hebben 4 vingers, 4 tenen en een grote neus. De meeste hebben bovendien een staart. Een TROLL kan heel groot zijn, terwijl andere juist heel klein zijn. Er zijn er gezien met twee en zelfs drie hoofden, sommige met slechts één oog in het midden van hun hoofd. Ook zijn er die zo oud zijn ( een Troll kan enkele honderden jaren oud worden) dat er struiken en bomen uit hun hoofd groeien.
Omdat ze maar zo zelden gezien worden, is er weinig bekend over hun manier van leven, hun gewoontes of hun herkomst.
Wat wel geweten is over trollen.
Het zijn grappige wezentjes met lange, felgekleurde haren. Trollen spelen altijd vrolijk in de bossen. En weet je wat zo knap is? Nooit raken hun lange haren verward in de struiken. Trollen spelen niet alleen, ze hebben ook een taak. Ze moeten het goud en het zilver in de aarde beschermen. Sommige trollen bewaken zelfs een hele schat. En reken maar dat ze dat goed doen. Daar komt echt niemand aan.
Trollen zijn echte natuurwezens. In de bossen groeit alles wat ze nodig hebben. Zo zijn ze dol op bosaardbeitjes. Maar het liefst eten ze nog allerlei soorten bessen. Behalve bij bessenstruiken zijn ze ook te vinden aan het einde van de regenboog. Zo'n regenboogtroll herken je aan zijn fel gekleurde haren. Die hebben alle kleuren van de regenboog.
Er zijn allerlei soorten trollen: bostrollen, watertrollen, bergtrollen. Maar soms kom je een blauwharige watertroll tegen in het bos. En vaart er een bostroll met zijn groene haar vrolijk over het water. Want trollen zijn dol op reizen.
Wie een troll vangt mag een wens doen. Maar trollen zijn werkelijk watervlug, ze weten altijd weer te ontglippen. Gelukkig brengt het ook al geluk als je een troll over zijn haren strijkt. Trollen zijn trots op hun haar, daarom wassen ze het vaak. Daar gaat het haar van glanzen. Nooit zullen ze er aan denken om het af te knippen. Met geen haar op hun hoofd!
Trollen zijn iedereen te vlug af. Vraag dat maar aan de mensen die er ooit een probeerden te vangen. Ook oude trollen, met grijze strepen in hun haar, rennen sneller dan een haas. Ze blijven zo fit omdat ze veel sporten. Alle sporten vinden ze leuk.
Trollen houden niet alleen van sport, ze zijn ook dol op verkleedpartijtjes. Maar zij verkleden zich niet altijd voor de grap. Soms vermommen ze zich om mensen beter te kunnen helpen. Zo vallen ze minder op. Dus als je ergens een poes ziet lopen kan het best een vermomde troll zijn.
Als je een trol echt wilt zien, zul je veel geduld moeten hebben. Want ze verschuilen zich vaak, vermommen zich graag en gaan voornamelijk op pad als het donker is. Kijk 's nachts maar eens op een plek waar veel bessenstruiken staan. Misschien heb je geluk.
Ze hebben ook het bovennatuurlijke talent om van gedaante te verwisselen. Trolmeiden kunnen zich omtoveren tot beeldschone meisjes. Die worden "huldren" genoemd. Zij hebben in het verleden heel wat jagers en argeloze boerenjongens mee de berg in gelokt. Het is dus belangrijk om ze van achteren te kunnen zien, want hun staart kunnen ze niet verbergen.
Soms lokken jonge trollkerels frisse boerenmeisjes van de seter, de zomerwei in de bergen, mee naar hun schuilplaats en daar zijn er maar weinigen van teruggekeerd.
Trollen kunnen ontzaggelijk woedend worden. Daarom moet je op goede voet met ze blijven. Wee de boer die niet het nodige respect toont. Dan kunnen hij en zijn vee ziektes of ongelukken oplopen. Daarom zet hij elke kerstavond een grote bak pap voor de trollen buiten.
Zelfs tegenwoordig verdient het aanbeveling om op goede voet met de trollen te blijven. De volgende keer dat u door het bos loopt, of in de bergen, of bij een waterval of een meertje staat, wees dan op uw hoede. De trollen zullen waarschijnlijk niet kwaadaardig zijn, maar je weet nooit. Wees dus voorzichtig. In de schemering ben je niet meer alleen!
Misschien had je nog nooit van trollen gehoord. Maar in Scandinavië vertelden de mensen elkaar vroeger vaak verhalen over die grappige wezentjes met hun lange haren. Jammer genoeg lieten trollen zich steeds minder vaak zien. En daardoor werden de trollen soms een beetje vergeten.
(De afgebeelde trollen zijn modellen uit het "Fossetroll" assortiment).
Waar komen de Trollen vandaan?
Op een bepaald moment tijdens de schepping van de aarde wordt de kwade ijsreus Ymir verslagen door Buri, de stamvader van de goden, zijn zoon Börr en zijn kleinzoons Odin, Vili en Ve. Nadat Ymir verslagen was, werd zijn lichaam in onderdelen uit elkaar gehaald. Daarbij merkten de overwinnaars dat het krioelde van de vrijgekomen maden. De goden besloten deze beestjes genadig te zijn en gaven ze een mensachtige gedaante, afhankelijk van hun geestelijke eigenschappen.
Maden die ideologisch correct werden geacht, werden feëen en lichtelven. Maden van twijfelachtig ethisch allooi werden dwergen: zij werden veroordeeld tot een ondergronds leven, in de wetenschap dat ze op slag zouden verstenen als ze overdag tevoorschijn zouden komen. Deze dwergen worden ook duistere elven, gnomen, kobolden of trollen genoemd.
(Deze ontstaansgeschiedenis komt uit het scheppingsverhaal van de Viking Mythologie. Geïnteresseerden in deze viking verhalen kunnen we het Nederlandstalige boek "Viking Mythologie" van John Grant aanraden, verschenen bij uitgeverij Librero. isbn-nummer 90-5764-211-5)